De zesdes bestuderen tijdens de les Nederlands taalverwantschappen. Waar ze zich tot voor kort tevreden moesten stellen met hun kennis van de West-Europese talen en opzoekwerk met vertaalprogramma's, kregen ze vandaag van vier 'gastleerkrachten' uit de OKAN-klas een introductie in Dari ( = Perzisch) en Pashto, de twee officiële talen in Afghanistan. Die behoren net als het Nederlands tot de grote Indo-Europese familie en het was dan ook verrassend om in de Dari- en Pashtoversie van woorden als moeder, vader, suiker, sport en de getallen van één tot tien vaak dezelfde stam te herkennen als in het Nederlands. Een Syrische leerling uit de OKAN-klas leerde hen ook een woordje Arabisch.